Medeoprichter Arno van Son over 25 jaar Medicinfo
Medicinfo bestaat 25 jaar. Wat begon als een medische informatiedienst, groeide uit tot een pionier in hybride zorg. Mede door digitalisering zijn er grote stappen gezet in het aanbieden van zorg op afstand. Toch is er volgens medeoprichter Arno van Son nog werk aan de winkel. ‘We waren onze tijd ver vooruit. Veel concepten die we in 2005 al bedachten, worden nu pas in de reguliere zorg toegepast.’
Medicinfo werd in 2000 opgericht vanuit een vooruitstrevende gedachte: waarom beperken zorgverzekeraars zich tot verzekeren, als ze ook een actieve rol kunnen spelen in de zorg? De visie was helder: het bundelen en aanbieden van objectieve gezondheidsinformatie. Arno: ‘Van verzekeren via service naar gezondheidsdienstverlening. Dat was de strategie. Je moet iets extra’s bieden om onderscheidend te zijn.’
In die tijd werkte iedere zorgverzekeraar nog aan zijn eigen medische content, wat volgens Arno inefficiënt was. ‘Waarom zou iedere verzekeraar apart medische content ontwikkelen? Dat kunnen we veel efficiënter samen doen. Onze gedachte was: laten we één centrale databank opzetten en die content vervolgens aanbieden.’ En daarmee werd de basis gelegd voor Medicinfo: betrouwbare medische informatie, toegankelijk voor verzekerden via hun zorgverzekeraar.
Scepsis
Het concept was veelbelovend, maar stuitte ook op weerstand. De zorgsector stond sceptisch tegenover een zorgverzekeraar die medische content aanbood. Arno: ‘We liepen tegen het ‘not invented here’-syndroom aan. Iedereen wilde het op zijn eigen manier doen. Als je een innovatief idee had, was de eerste reactie vaak: ‘Ja, maar wij doen het hier nét even anders.’ Dat maakte opschaling ontzettend moeilijk.’
Daarnaast was het niet eenvoudig om de samenwerking tussen zorgprofessionals en IT-experts van de grond te krijgen. In die tijd waren digitalisering en zorg nog twee gescheiden werelden. ‘Artsen en verpleegkundigen zagen IT meer als een bedreiging dan als een kans. De mindset moest echt veranderen.’
“Hierin schuilt een belangrijk inzicht: innovatie gaat vaak sneller dan de zorgsector kan bijbenen. Wat toen als te vooruitstrevend werd gezien, is nu de normaalste zaak van de wereld. “
Eerste stap richting hybride zorg
Medicinfo begon als aanbieder van medische informatie, maar ontwikkelde zich al snel tot een innovatiepartner in de zorg. De eerste stap was de introductie van de gezondheidslijn: Arno: ‘Het idee was dat mensen met lichte medische vragen konden bellen naar onze gezondheidslijn: ‘Ik heb hier en daar last van, moet ik naar de huisarts?’ Dat maakte de zorg toegankelijker en voorkwam onnodig bezoek aan de huisarts.’
Met de gezondheidslijn zette Medicinfo een eerste stap richting hybride zorg, al bestond die term toen nog niet. In de jaren daarna groeide de rol van Medicinfo verder, onder andere door de inzet van triage op afstand.
Innovaties
Er werd al vroeg gewerkt met een triagesysteem dat in Engeland was ontwikkeld. Met deze technologie konden verpleegkundigen op afstand inschatten of iemand verdere medische hulp nodig had. Tegenwoordig is dit niet meer weg te denken uit hybride zorg. ‘Eigenlijk deden we al aan digitale triage voordat het een begrip werd.’ Toch was het destijds een uitdaging om zorgverleners te overtuigen van de meerwaarde. De sector was gewend aan fysieke consulten en er was wantrouwen tegenover nieuwe, digitale werkwijzen. Medicinfo liep dan ook vaak tegen de grenzen van de sector aan. Innovaties waren er volop, maar de adoptie ervan verliep traag. ‘We hadden prachtige concepten, maar de markt was er gewoon nog niet klaar voor. Veel ideeën verdwenen in een la, terwijl ze nu opeens wél kunnen.’ Hierin schuilt een belangrijk inzicht: innovatie gaat vaak sneller dan de zorgsector kan bijbenen. Wat toen als te vooruitstrevend werd gezien, is nu de normaalste zaak van de wereld.
In de loop der jaren bleef Medicinfo innoveren. Zo was er de introductie van de ‘vakantiedokter’: een dienst waarmee Nederlanders in het buitenland medisch advies konden krijgen. Dit speelde in op een herkenbaar probleem: veel reizigers raakten in paniek bij gezondheidsklachten in een vreemd land, zeker als er een taalbarrière was. Arno: ‘Een Nederlandse patiënt in Italië die geen woord Italiaans spreekt. Waarom zou die niet gewoon een arts in Nederland kunnen bellen? Dat lost zoveel problemen op.’ De vakantiedokter bood een laagdrempelige en betrouwbare oplossing, wat zorgde voor minder onnodige doktersbezoeken en ziekenhuisopnames in het buitenland.
De echte doorbraak kwam toen huisartsenposten begonnen te centraliseren en op zoek gingen naar efficiëntere manieren om de avond-, nacht- en weekenddiensten te organiseren. ‘Zij zochten een manier om die diensten beter te organiseren. Wij boden onze expertise aan.’ Dit leidde ertoe dat Medicinfo steeds meer taken in de eerstelijnszorg oppakte, wat later een kernelement werd in het dienstenpakket van Medicinfo.
De impact op de zorgsector
Door de jaren heen groeide de rol van Medicinfo. Hybride zorg, waarbij technologie en persoonlijke zorg hand in hand gaan, werd steeds belangrijker, maar de acceptatie in de sector verliep traag. Tenminste, tot de coronapandemie uitbrak. Arno: ‘Corona heeft meer veranderd dan tien jaar beleidsplannen. Ineens werd zorg op afstand normaal.’ Waar artsen en zorginstellingen eerder huiverig waren, werd digitale zorg in korte tijd breed omarmd. Telefonische consulten, digitale triage en medische apps werden versneld geïmplementeerd. Zo werd ook Medicoo van Medicinfo zelf gelanceerd in de provincie Zeeland waar het huisartsentekort toen ook al hoog was. Inmiddels is digitalisering niet meer weg te denken uit de zorg, maar toch is er volgens Arno nog een lange weg te gaan…
De noodzaak van opschalen
‘Op een schaal van 1 tot 100 zitten we op 10. En als we niet opschalen, blijven we in hetzelfde kringetje ronddraaien’, aldus Arno. Digitale zorg heeft potentie, maar dan moeten er nog grote stappen gezet worden: ‘Als we willen versnellen, moet de basis goed zijn: een generieke infrastructuur voor gegevensuitwisseling. Zonder een landelijk systeem voor medische data blijven we vastlopen.’ Op dit moment is die basis er nog niet. Zorgverleners werken met verschillende systemen en gegevensuitwisseling is complex. ‘België heeft dit al beter geregeld. Daar heeft de overheid gewoon gezegd: dit is het systeem en zo gaan we het doen. In Nederland blijft het een eindeloze discussie.’ Daarnaast moet de zorgsector openstaan voor verandering. ‘Iedereen roept om innovatie, maar als het op implementatie aankomt doen we in Nederland toch vaak alles zelf. Dat kost onnodig veel tijd en geld.’
AI als oplossing?
In een organisatie die digitalisering van oudsher omarmt, kan een vraag over AI niet uitblijven: in hoeverre kan kunstmatige intelligentie helpen om digitale zorg te versterken? De mogelijkheden zijn veelbelovend, maar volgens Arno is voorzichtigheid geboden. ‘AI kan enorm versnellen, bijvoorbeeld door medische gegevens sneller te analyseren, zorgpersoneel efficiënter in te zetten en digitale triage te verbeteren. Het grote risico is echter dat je blind vaart op verkeerde of onvolledige data. In de zorg kan een fout niet zomaar worden teruggedraaid. Daarom is menselijke controle onmisbaar en moet AI altijd aanvullend zijn, niet vervangend.’
Arno wijst daarnaast ook op ethische en juridische vraagstukken: ‘De technologie ontwikkelt zich razendsnel, maar wet- en regelgeving loopt achter. We moeten zorgen dat innovatie niet wordt afgeremd, maar wel binnen duidelijke kaders plaatsvindt. Technologie kan de zorg ondersteunen, maar uiteindelijk draait het om vertrouwen. Zonder draagvlak bij patiënten en zorgverleners blijft AI een belofte die niet wordt waargemaakt.’
Toekomstvisie
Tijd voor een eindoordeel: hoe kijkt Arno terug op 25 jaar Medicinfo? In zijn antwoord klinkt zowel optimisme als realisme: De komende jaren zijn cruciaal voor Medicinfo. De zorg staat onder druk, maar hybride oplossingen bieden kansen: ‘Met de juiste technologie en goede samenwerking kunnen we de zorg écht transformeren.’